Regioplan - Aard en omvang ouderenmishandeling

Eén op de twintig thuiswonende ouderen heeft ooit te maken gehad met ouderenmishandeling en één op de vijftig ouderen wordt jaarlijks slachtoffer van ouderenmishandeling. Dat blijkt uit dit prevalentieonderzoek naar ouderenmishandeling, uitgevoerd door Regioplan in opdracht van het WODC en op verzoek van het ministerie van VWS.

L. Bakker, B. Witkamp, M. Timmermans, Aard en omvang ouderenmishandeling (juni 2018) Regioplan, Avans Hogeschool, Leyden Academy on Vitality and Ageing, in opdracht van het WODC.

Het onderzoek vond plaats in drie gemeenten van verschillende omvang (Rotterdam, Tilburg en Boxtel). Het gaat om mishandeling van thuiswonende ouderen en niet om mishandeling in een verpleeghuis. De onderzoekers maakten onderscheid tussen vijf verschillende vormen van ouderenmishandeling: psychische mishandeling, schending van rechten, fysieke mishandeling, financiële benadeling en seksuele mishandeling.

Onderzoeksmethoden

Om een zo goed mogelijk beeld te kunnen schetsen van de prevalentie is een combinatie van verschillende onderzoeksmethoden toegepast, namelijk:

  • Een groot aantal face-to-face interviews met een representatieve groep van 65-plussers.
  • Een informantenstudie waarbij signalen van ouderenmishandeling door diverse beroepsgroepen werden geregistreerd.
  • Registraties van Veilig Thuis als aanvullende bron.
  • Een literatuurstudie als referentiekader voor de interpretatie van de onderzoeksresultaten.

Perspectieven

De bevindingen van het onderzoek bieden enkele aandachtspunten of perspectieven voor de praktijk:

  • Ouderenmishandeling kan gesignaleerd worden door professionals, mits zij voldoende aandacht voor en kennis van het thema hebben.
  • Ouderen en hun sociale netwerk zijn en blijven een belangrijke doelgroep voor voorlichting.
  • Preventie en interventie zijn gebaat bij inzet op het hele systeem waar een oudere in leeft.