Rapportages Veilig Thuis: de basis op orde

Programma om de kwaliteit van Veilig Thuis verder te verbeteren.

Gemeenten en Veilig Thuis-organisaties willen werken aan een verdere verbetering van de kwaliteit van Veilig Thuis-organisaties en de inbedding in de keten van jeugd, zorg en veiligheid. Ook voor de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Rijk is dat van belang, gelet op de cruciale positie die Veilig Thuis inneemt in de aanpak van geweld in huiselijke kring.

Werken aan duurzaamheid en effectiviteit

Jan-Dirk Sprokkereef heeft van de VNG, met financiering van VWS en VenJ, de opdracht gekregen gemeenten en Veilig Thuis-organisaties te ondersteunen in de opgaven die er liggen om te komen tot duurzame effectieve Veilig Thuisorganisaties. Daarbij is het doel de tekortkomingen die door de inspecties zijn geconstateerd op te heffen, zodat gemeenten kunnen voldoen aan hun wettelijke verantwoordelijkheden.

Uit het rapport van de Inspecties, Onderzoek naar de kwaliteit van Veilig Thuis Stap 1 (landelijk beeld), van februari 2016, bleek dat het van belang is om allereerst de basis op orde te krijgen. Stap 1 van het toezicht van de inspecties richt zich dan ook op de thema’s (wettelijke) randvoorwaarden, veilig-heid en organisatie. In hun rapporten hebben de inspecties aangegeven dat in het bijzonder de wachtlijsten en het zicht op veiligheid belangrijke aandachtspunten zijn.

Tot eind 2016 ligt de focus van Jan-Dirk Sprokkereef op het verder ondersteunen en stimuleren van gemeenten en Veilig Thuis-organisaties om de kwaliteit van dienstverlening van Veilig Thuis-organisaties naar een hoger niveau te tillen en te bestendigen. Dit sluit aan op het voornemen van de inspecties om in januari in Stap 2 van het toezicht zich te richten op de kwaliteit van het inzetten van vervolgtrajecten en de kwaliteit van het uitvoeren van onderzoeken, waaronder het voldoen aan de wettelijke termijnen.

Tot aan de zomer van 2016 zijn per Veilig Thuis-organisatie gesprekken gevoerd met ambtelijke adviseurs van de verantwoordelijk wethouder, vertegenwoordiger(s) van de Veilig Thuis-organisatie en de verantwoordelijk wethouder (waar nodig).

Met deze gesprekken is in kaart gebracht:

  • Ervaren knelpunten en de oorzaken die daaraan mogelijk ten grondslag liggen.
  • Welke opgaven er liggen.
  • Belangrijkste partners in de keten die onderdeel uitmaken van het verbeterproces.
  • Wensen ten aanzien van de inrichting van het verbeterproces.

In het rapport wordt ingegaan op de stand van zaken betreffende VT-organisaties, de knelpunten en de verbeterpunten, en het plan van aanpak tot januari 2017.
 

Sprokkereef, J.-D., Bruinooge, L. (2016). Rapportage Veilig Thuis: de basis op orde.
Sprokkereef, J.-D. (2017). Eindrapportage Veilig Thuis: de basis op orde.