Pleidooi voor landelijke ‘eerste hulp’ voor slachtoffers seksueel geweld

Slachtoffers van seksueel geweld of kindermisbruik moeten op één plek terechtkunnen voor hulp. Op deze ‘eerste hulp’ moet de expertise van verschillende organisaties worden gebundeld.  D66-Kamerlid Hanneke van der Werf heeft daarvoor gisteren een voorstel ingediend.

Het voorstel van D66 kan in ieder geval rekenen op steun van de VVD en de SP.

Rutgers, Amnesty International en het Centrum voor Seksueel Geweld (CSG) deden eerder al samen met de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen een oproep om de krachten te bundelen. Zij zien dat de hulp nu te versnipperd is. Ook de politie heeft behoefte aan één plek om slachtoffers naar door te verwijzen.

 “Slachtoffers van seksueel geweld weten vaak niet waar ze moeten beginnen met zoeken naar hulp," stelt Van der Werf. Het Kamerlid wil dat slachtoffers makkelijk en veilig hulp kunnen vragen op één plek. "Of dat nou een dokter, advocaat, agent, psycholoog of allemaal is. Een Eerste Hulp bij seksueel geweld. Daar moeten ze verder op weg worden geholpen naar de juiste hulpverlening."

Jaarlijks zijn er 100.000 mensen slachtoffer van seksueel geweld. 1 op de 8 vrouwen en 1 op de 25 mannen is ooit verkracht. 1 op de 3 kinderen jonger dan 18 jaar maakt een vorm van seksueel misbruik mee.

Visie

Het CSG verwacht dat, met de komst van de nieuwe zedenwet in 2024, het aantal slachtoffers van online en/of offline seksueel misbruik dat naar buiten treedt verder zal toenemen. Om de toename van het aantal meldingen nu en in de toekomst aan te kunnen én slachtoffers recht te doen, wordt op dit moment nagedacht over de wijze waarop de zorg het beste inhoudelijk en organisatorisch vormgegeven kan worden. Het CSG heeft hierover zijn visie gepubliceerd.